Pak hepatitis C aan in de gevangenis
Plaats een reactieVan den Wijngaart e.a. pleiten voor een hepatitis-C-beleid voor verslaafden en gedetineerden (MC 40/2012: 2231). Ondergetekenden stellen echter dat hepatitis C minstens zo vaak voorkomt bij eerstegeneratiemigranten en andere risicogroepen. Daarom pleiten wij voor een bundeling van krachten om identificatie en behandeling van alle risicogroepen te bevorderen.
Het RIVM (Kretzschmar M, RIVM-notitie 2004/02) noemt de volgende risicogroepen en aantallen: ontvangers van incidentele bloedtransfusie (13.600), hemofiliepatiënten (1200), dialysepatiënten (129), injecterende druggebruikers (12.128), en eerste-generatiemigranten (34.619).
Sinds 2004 zal het aandeel van ‘incidentele bloedtransfusie’ zijn afgenomen en ook het intraveneuze druggebruik is in Nederland sterk gedaald. De influx van immigranten is echter nog aanzienlijk. Hepatitis C heerst dus vooral bij eerstegeneratiemigranten.
Dit beeld wordt bevestigd door twee populatie-onderzoeken over hepatitis-C-prevalentie.1
Onlangs zijn deze gegevens modelmatig benaderd.2 Het totale aantal gedetineerden met hepatitis C in Nederland is geschat op 237 tot 1272.3 Dit is 3 tot 15 procent van de injecterende druggebruikers. Aangezien injecterende druggebruikers 25 procent van het totale hepatitis-C-cohort vormen, wordt met een aanpak via het gevangeniswezen uiteindelijk 1 tot 4 procent van alle chronische hepatitis-C-patiënten bereikt.
Het programma Bewustzijn Identificatie Behandeling chronische virale Hepatitis (BIBHEP) wil iedereen bewustmaken van het belang van identificatie en behandeling van chronische hepatitis B en C.
prof. Solko Schalm, mdl-arts, directeur LiverDoc, Rotterdam
dr. Irene Veldhuijzen, senior onderzoeker, GGD Rotterdam-Rijnmond
drs. Theo van Driel, voorzitter werkgroep virale hepatitis, Nederlandse Leverpatiënten Vereniging
- Er zijn nog geen reacties