Reacties
Lise Rijnierse Joep Dörr
5 minuten leestijd
opleiding

Zorgconcentratie heeft grote impact op aios

1 reactie

opleiding

Concentratie van zorg is in volle gang. Maar wat betekent dat eigenlijk voor de opleiding van medisch specialisten? Naar aanleiding van een conferentie van de OMS zetten Lise Rijnierse en Joep Dörr de consequenties uiteen.

Er zijn steeds meer aanwijzingen dat concentratie en spreiding van complexe zorg de kwaliteit ervan verbeteren. Ziekenhuizen maken nu al keuzes in hun portfolio, waardoor activiteiten enerzijds geïntensiveerd en anderzijds beperkt of zelfs beëindigd worden. Specialisten organiseren zich regionaal om zo optimale zorg aan patiënten te kunnen leveren, deels onafhankelijk van de locatie waar ze oorspronkelijk werkzaam waren. Richtlijnen en kwaliteits-normen van wetenschappelijke verenigingen en ontwikkeling van aandachtsgebieden en subspecialisaties leiden ertoe dat niet alle zorg in elk ziekenhuis geleverd kan worden.

Het effect van dit alles op de opleiding van medisch specialisten is tot nu toe niet of nauwelijks belicht. Daarom organiseerde de Raad Opleiding van de Orde van Medisch Specialisten hierover in 2012 een conferentie, in het kader van ‘de opleiding van de medisch specialist van morgen’. Hieronder volgen de belangrijkste uitkomsten van deze conferentie.1

Brede basis blijft nodig
De toenemende complexiteit van de specialismen maakt ontwikkeling van aandachtsgebieden onontkoombaar. Maar concentratie van zorg mag er niet toe leiden dat er alleen superspecialisten worden opgeleid. Een brede basis van de opleiding is en blijft nodig; diagnostisch breed, want triage wordt bij concentratie van zorg alleen maar belangrijker. Een brede basis is ook belangrijk voor goede indicatiestellingen. Dit geldt des te meer bij, vaak oudere, patiënten met meerdere aandoeningen. De aiossen zullen daartoe ervaring op moeten doen in instellingen waar laagcomplexe zorg plaatsvindt. Deze zorg, en daarmee de opleiding, zal in de toekomst wellicht steeds vaker buiten de traditionele instellingen plaatsvinden.

Na een brede basisopleiding zullen aiossen, veelal in instellingen waar (hoog)complexe zorg plaatsvindt, een opleiding in één of meerdere deelgebieden van hun specialisme volgen.

Regionaal karakter
De regionalisering van de medisch-specialistische patiëntenzorg zal met de concentratie en spreiding van zorg verder toenemen. Hetzelfde geldt voor de opleidingen, die minder ziekenhuis- en meer regiogebonden zullen plaatsvinden. De opleiding zal niet in één of twee, maar in meerdere instellingen gevolgd worden. Regionale samenwerking en afstemming van de opleiders en opleidingsziekenhuizen wordt daarom nog belangrijker dan nu al het geval is. Het ligt voor de hand één opleider de eindverantwoordelijkheid te geven om de competentie-ontwikkeling van de aios nauwkeurig te kunnen volgen. Daarin is inmiddels voorzien door een wijziging van de toelichting in het Kaderbesluit. Ook zal de interne kwaliteitszorg van opleidingen, waarvoor de verantwoordelijkheid nu bij de Centrale Opleidingscommissies van de ziekenhuizen ligt, een regionaal karakter moeten krijgen. Regionale Opleidingscommissies kunnen dan de relevante opleidingszaken van de regionale ziekenhuizen met elkaar afstemmen.

De basisopleidingen zullen idealiter in één opleidingsregio plaatsvinden. Daarmee blijft de continuïteit van de opleidingen gewaarborgd. Ook geeft het de mogelijkheid om discipline-overstijgend onderwijs en docentprofessionalisering regionaal verder te ontwikkelen. Aiossen kunnen afhankelijk van hun gewenste professionele ontwikkeling na hun basisopleiding kiezen welk aandachts-gebied zij in welke instelling(en) willen verdiepen. Veelal zal dat binnen de opleidingsregio kunnen, maar als dat niet mogelijk of gewenst is, kan het natuurlijk ook daarbuiten. De website van de Opleidingsetalage (www.opleidingsetalage.nl) speelt hierin een faciliterende rol door differentiatiestages online zichtbaar te maken.

Als de opleidingen op verschillende locaties in de opleidingsregio plaatsvinden, zullen aiossen steeds van werkgever wisselen. Dit is niet wenselijk en daarom zal er naar oplossingen gezocht moeten worden om continuïteit van het dienstverband te realiseren. Dit kan door detachering vanuit één opleidingsziekenhuis of door een dienstverband met een te ontwikkelen rechtspersoon, bijvoorbeeld de onderwijs- en opleidingsregio.

Het ligt voor de hand om bij regionale oriëntatie van opleidingen ook regionaal te visiteren. Niet alleen de huidige opleidingsziekenhuizen, maar ook andere ziekenhuizen en zbc’s die bij een regionale opleiding betrokken zijn, kunnen gevisiteerd worden. Een praktisch voordeel van regionale visitaties is dat dezelfde visitatiecommissie in enkele dagen de verschillende locaties van een regionale opleiding kan bezoeken. Het moet dan wel zo geregeld worden dat als een onderdeel niet door de visitatie komt, dit leidt tot verlies van erkenning van opleidingsbevoegdheid voor de gehele regio.

Flexibel opleidingsschema
Een toename van het aantal opleidingslocaties vraagt om een flexibel opleidingsschema. De regelgeving zoals die was vastgelegd vanuit het Opleidingsfonds bood hier nauwelijks speelruimte voor. In 2013 is de financiering van de medisch-specialistische vervolgopleidingen overgeheveld van het ministerie van VWS naar de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en het College voor zorgverzekeringen (CVZ). Hierdoor worden de opleidingen niet langer via het Opleidingsfonds, maar via zogenaamde beschikbaarheidbijdragen gefinancierd. De hoop en ook de verwachting is dat er meer flexibiliteit van opleidingsschema’s mogelijk is binnen deze nieuwe financieringsvorm. Want de eisen in de specifieke opleidingsbesluiten zijn daarvoor te gedetailleerd gedefinieerd.

Meer dan nu is het van belang dat delen van de opleiding ook buiten de huidige opleidingsziekenhuizen gevolgd kunnen worden. Op dit moment is dit mogelijk door een instelling te erkennen voor een deel van de opleiding of via de zogenaamde ‘bagagedragerconstructie’. Formeel betekent dit dat er een ‘samenwerkingsovereenkomst bestuurlijke eenheid’ wordt gesloten met een (nog) niet voor de opleiding erkende instelling. Voor een bepaald specialisme of bepaald deel van de opleiding wordt een opleidingsgroep gevormd met de specialisten van dit ziekenhuis. Vereist voor deze constructie is dat één opleider en één opleidingsinrichting verantwoordelijkheid dragen voor de opleiding in beide ziekenhuizen. Het is de vraag of deze oplossing toereikend is; voorbeelden in de nabije toekomst zullen dit moeten uitwijzen.



Selectieve contractering

Een onderwerp dat raakt aan concentratie en spreiding van zorg is het selectief contracteren van zorg van opleidingsziekenhuizen door zorgverzekeraars. Als zorgverzekeraars in het ene jaar zorg inkopen in het ene en een volgend jaar in het andere opleidingsziekenhuis, leidt dat tot discontinuïteit van de opleiding van aiossen. Zorgverzekeraars moeten daarom bij het selectief contracteren de focus niet alleen richten op patiëntenzorg, maar ook op de continuïteit van opleidingen van medisch specialisten.




drs. Lise Rijnierse, beleidsadviseur, Orde van Medisch Specialisten

prof. dr. Joep Dörr, voorzitter Raad Opleiding, Orde van Medisch Specialisten

Correspondentieadres: l.rijnierse@orde.nl; c.c.: redactie@medischcontact.nl

Geen belangenverstrengeling gemeld.


[1] De workshopleiders tijdens deze invitational waren: dr. K. (Klaas) Bakker, prof. dr. S. (Sjoerd) Bulstra, mw. prof. dr. S. (Saskia) Imhof, prof. dr. M. (Mart) van de Laar, prof. dr. M. (Marco) Marcus, prof. dr. R. (Raymund) Roos, prof. dr. R.J. (Robert Jan) Stolker, dr. M. (Maarten) Wiegerinck



Lees ook:

beeld: HH, Frank Muller
beeld: HH, Frank Muller
<b>Download dit artikel (PDF)</b>
opleiding ouderen aios
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • ,

    Hier zijn de gevolgen van concentratie van zorg voor de opleiding benoemd, naar aanleiding van een conferentie georganiseerd door de Raad Opleiding van de OMS over “concentratie van zorg en de gevolgen hiervan op de opleiding tot medisch specialist”.... De Jonge Orde was, als belangenbehartiger voor de AIOS, ook bij deze conferentie vertegenwoordigd en heeft naar aanleiding hiervan een standpunt geformuleerd, dat hiermee in grote lijnen overeenkomt. Met name het toenemende regionale karakter van de opleiding en de oproep tot meer flexibiliteit ten aanzien van het opleidingsschema onderschrijven wij. Aanvullend lijkt het ons zinvol om bij aanvang van de opleiding slechts het basisdeel van de opleiding in te vullen. Zo kan in de loop van de opleiding het gewenste aandachtsgebied door de AIOS, in samenspraak met de opleider, ingevuld worden. Ook opteren wij voor het invoeren van een onafhankelijke coach per AIOS, die gedurende de opleiding de AIOS volgt en begeleidt, zoals dit in andere beroepsgroepen veelal gebruikelijk is. Dit kan zowel in de behoefte van één eindverantwoordelijke opleider voorzien als in een persoon die niet tegelijkertijd optreedt als werkgever en begeleider. Tot slot willen wij reageren op de gemaakte opmerking over mogelijke bedreigingen van selectieve inkoop van zorg. Naast de vraag of deze maatregel (en het hiermee gepaard gaande afschaffen van de restitutiepolis) wenselijk is voor de patiëntenzorg, lijkt het ons uiterst onwenselijk als hierdoor de continuïteit van opleidingen ieder jaar opnieuw ter discussie moet worden gesteld.
    Beatrijs Wokke en Suzanne Witjes, bestuursleden De Jonge Orde

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.