‘Overheid verantwoordelijk voor spoedambulances’

De overheid moet de volle verantwoordelijkheid nemen voor de echte spoedgevallen in het ambulancevervoer. Dat stelt
chirurg dr. G.D.J. van Olden, die deze week in Nijmegen promoveerde op onderzoek naar de opvang van traumapatiënten. Minister Hoogervorst wil de zeggenschap over het ambulancevervoer juist overhevelen van provinciebesturen naar zorgverzekeraars.

‘Er zijn nu 640 ambulances in Nederland, terwijl we met de helft daarvan zouden toekunnen voor de echt acute gevallen’, stelt Van Olden. ‘Slechts 52 procent van de ritten betreft namelijk spoedvervoer. Voor de overige gevallen zou een lichtere variant van de ambulance even goed zijn, en stukken goedkoper. Dat kun je prima aan de markt overlaten. Maar de echte traumazorg hoort in handen van de overheid.’ (zie ook MC 44/2003: 1701)

In de regio Den Haag is gedifferentieerde ambulancezorg overigens al tien jaar een feit, tot tevredenheid van alle partijen. De Haagse ‘hulpambulances’, feitelijk een soort ligtaxi’s, vallen onder de Wet Ambulance Vervoer, maar deze constructie mag vooralsnog niet in andere regio’s worden toegepast. Witte Kruis BV, het bedrijf dat de hulpambulances inzet, wil nu duidelijkheid over de toekomst en heeft een evaluatierapport rondgestuurd onder alle ambulancebedrijven en de betrokken beleidsmakers. Volgens Klaas Brouwer, de opsteller van het rapport, heeft nog niemand daar officieel op gereageerd. ‘Bij de eerste evaluatie, acht jaar geleden, bleef het ook vrijwel stil.’

Van Olden pleit ook voor een verbetering van de directe communicatie tussen ambulance en arts. In 1994 en 1995 deed hij een proef met mobiele telefoons, waarbij bleek dat langs die weg veel meer relevante informatie het ziekenhuis bereikte dan wanneer het contact uitsluitend via de centralist van de ambulancepost verliep. ‘Een landelijk dekkend communicatiesysteem tussen ambulance, politie, brandweer, mobiele medische teams en ziekenhuis is noodzakelijk’, aldus Van Olden: ‘Het systeem C2000 is daarvoor al heel lang in ontwikkeling, maar werkt in de praktijk nog steeds niet. Met bestaande moderne communicatietechnieken als GPRS en UMTS zou dit waarschijnlijk al wel te realiseren zijn, maar dat is kennelijk niet haalbaar.’

Minister Hoogervorst wil 18 miljoen euro uittrekken om te zorgen dat ambulances op tijd  - binnen de wettelijke termijn van 15 minuten - ter plaatse kunnen zijn. Eerder becijferde het RIVM dat daarvoor 60 miljoen nodig is. Hoe het extra geld over de regio’s gaat worden verdeeld, is nog niet besloten; de minister wil daarover in december een definitief voorstel doen. << Elmar Veerman