Geen rust bij whiplash
Plaats een reactieEnkele werkgroepleden lichtten onlangs in Medisch Contact de CBO-richtlijn whiplash toe (
). Hoogleraar psychiatrie Frank Koerselmans laat optekenen dat het voor de patiënt beter is om de term letsel te mijden. Dat is paternalistisch en het miskent de kern van het acceleratie-deceleratiegebeuren. Ieder die het overkomt, zal de klachten die na enkele uren of dagen optreden, benoemen als letsel.
Het is moeilijk voor te stellen dat er geen pathologische veranderingen zouden optreden, ook al zijn die met de huidige middelen niet vast te stellen. Axonale schade is niet zichtbaar op scans, fractuurlijntjes zijn soms pas later zichtbaar. De indeling WAD I, II of hoger op de SEH kan daarom slechts voorlopig zijn. Verder adviseert de richtlijn dat de arts de patiënt uitlegt dat er geen schade is aan de cervicale wervelkolom, ruggenmerg en hersenen. Maar dat is met de huidige middelen onmogelijk.
De werkgroepleden bespreken ook de consolidatie van klachten bij een minderheid van patiënten. Het lijkt erop dat de opstellers van de richtlijn psychische fixatie als oorzaak aanwijzen en tegen patiënten zeggen je kunt wel, als je maar wilt. Ook psychische mechanismen hebben een neurobiologisch substraat. Cognitieve gedragstherapie zou rampdenken afleren, maar anderzijds kan dat het gevoel bevorderen van overbelasting en beperkingen opleggen. Bovendien impliceert therapie dat er iets te behandelen valt en misschien zijn die patiënten echt overbelast. Onderpresteren bij neuropsychologisch onderzoek wordt wel als onbewuste zelfbescherming daartegen geduid.
Acceleratie-deceleratieletsel is inherent aan een gemotoriseerde maatschappij. Dat niet iedereen restloos geneest, is een realiteit die we, net als bij vele andere verkeersletsels, moeten accepteren.
Amsterdam, juni 2008
G.M. Dikkenberg, arts n.p. en ervaringsdeskundige
- Er zijn nog geen reacties