Niet fietsen kan wijzen op parkinsonisme
Plaats een reactie‘Kunt u nog fietsen?’ Het antwoord op deze eenvoudige vraag kan waardevol zijn bij het vroeg diagnosticeren van de ziekte van Parkinson. Wie niet meer kan fietsen heeft hoogstwaarschijnlijk geen parkinson, maar atypisch parkinsonisme. Het onderscheid tussen beide aandoeningen manifesteert zich meestal pas na enkele jaren, terwijl bij een vroegtijdige diagnose al tijdig met de goede behandeling kan worden gestart.
Marjolein Aerts, Bas Bloem en Farid Abdo leggen in een korte bijdrage in The Lancet van deze week uit hoe ze patiënten de ‘fietsvraag’ stelden, aanvullend onderzoek deden, en hen vervolgens drie jaar lang volgden, totdat duidelijk was geworden wie van hen aan de ziekte van Parkinson leed en wie aan atypisch parkinsonisme.
Terugkijkend bleek dat slechts 2 van de 45 patiënten met de ziekte van Parkinson kort na het ontstaan van de klachten waren gestopt met fietsen. Van de 64 patiënten met parkinsonisme konden er 34 al heel snel niet meer fietsen. Dat maakt niet meer kunnen fietsen tot een alarmsignaal voor parkinsonisme.
Dat is niet zo vreemd, aldus de auteurs. Fietsen vergt een samenspel van evenwicht, cadans, beweging en coördinatie. Bij de ziekte van Parkinson is dat samenspel vaak nog in orde. Bij parkinsonisme zijn andere hersengebieden getroffen, die subtiele problemen veroorzaken met het evenwicht of de coördinatie.
Henk Maassen
The Lancet 2011; 377: 125-126.: The “bicycle sign” for atypical parkinsonism
Lees ook:
- Meer nieuws
- Dossier Parkinson
- Er zijn nog geen reacties