Blogs & columns
jan hein van dierendonck
2 minuten leestijd

Zoeken waar de ziekte zit

Plaats een reactie

Zelden wachtte een wetenschapper zó lang met publiceren: toen het vijfdelige De Sedibus et Causis Morborum per anatomem indagatis (Over de zetels en oorzaken der ziekte, anatomisch onderzocht) in 1761 eindelijk verscheen, was auteur Giovanni Battista Morgagni bijna 80. Het werk werd vrijwel onmiddellijk een internationale bestseller.

Twintig jaar eerder was hij door een vriend uitgedaagd om, als reactie op de Zwitser Théophil Bonet die in 1679 het rommelige literatuuronderzoek Sepulchretum over patho-logische anatomie had gepubliceerd, zijn eigen observaties van zieke organen en lichaams-delen vast te leggen. Uiteindelijk nam deze exercitie de vorm aan van zeventig brieven, waarin 646 dissecties zijn beschreven, tegelijk met de ziektesymptomen en alle andere omstandigheden die aan de dood voorafgingen – vaak sappige verhalen.

Morgagni was de eerste die begreep – en uitputtend demonstreerde – dat diagnose, prognose en behandeling baat hebben bij een grondige kennis van de anatomie, dat ziekte-verschijnselen samen kunnen hangen met het ontsporen van specifieke lichaamsstructuren en dat symptomen kunnen worden beschouwd als ‘de kreten van lijdende organen’. Het gaf de eerste echte aanzet tot ondergang van
de humorale theorie en tot geneeskunde als wetenschap.

Morgagni wordt in 1682 in het Noord-Italiaanse Forli geboren. Hij studeert in Bologna geneeskunde en filosofie, en wordt de beschermeling van de fameuze anatoom Valsalva. Na cum laude te zijn afgestudeerd blijft Morgagni diens assistent, maakt naam met publicaties over de larynx, traanbuizen en het vrouwelijk bekkengebied en keert in 1707 terug naar zijn geboorteplaats om een praktijk te beginnen.

De lange, elegante en opgewekte arts huwt de dochter van een adellijke familie, die hem drie zonen en twaalf dochters zal schenken (één zoon wordt later priester, acht dochters gaan het klooster in). In 1711 krijgt hij een baan aan de universiteit van Padua en hij wordt er al snel hoogleraar, in de voetsporen van Vesalius en Fallopius. Zijn reputatie groeit snel, ook buiten de grenzen: Londen, Parijs, Berlijn en Sint-Petersburg vereren hem met het lidmaatschap van hun wetenschappelijke academies. Zijn consulten zijn vaak in briefvorm en worden later uitgegeven en vertaald (Consulti). Als patholoog-anatoom beschrijft Morgagni talloze, ook nieuwe, ziektebeelden. Oók hersenbloedingen hebben zijn aandacht, de aandoening waaraan hij in 1771 zelf overlijdt.

tekst en beeld: Jan Hein van Dierendonck

<b>PDF</b>
anatomie & fysiologie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.