Blogs & columns
4 minuten leestijd
Column

Babinski

Plaats een reactie
beeld: Thinkstock
beeld: Thinkstock

Ik heb mijn stethoscoop al in geen weken aangeraakt en weet nauwelijks meer hoe een souffle klinkt of een soepele buik aanvoelt. Hart-longen-buik-rectaal toucher? Interne geneeskunde lijkt alweer jaren geleden. In plaats van het saaie ‘even naar de longen luisteren’, heb ik deze weken een veel vermakelijker riedeltje af te werken bij elke nieuwe patiënt. Welkom op de afdeling Neurologie.
Mijnheer Jansen is mijn volgende slachtoffer.

Stap één van het neurologisch onderzoek: oriëntatie. Ik vraag mijnheer Jansen waar hij is, ‘in het ziekenhuis’, wie hij is, ‘dat staat toch op uw papiertje?’, wie ik ben, ‘de zuster’, – zucht – en welke dag het vandaag is, ‘27 april’. Hm, dat weet ik zelf eigenlijk ook niet. Ik check snel mijn telefoon en geef hem dan gelijk. Georiënteerd in tijd, plaats en persoon, mooi.
Ik schijn met een lampje in zijn ogen. Hij heeft donkere ogen, waarin zijn pupillen niet te onderscheiden zijn van zijn iris. Oké, ik denk dat ik ze wel iets zie vernauwen. Pupilreactie, check.
Oogvolgbewegingen. ‘Kunt u mijn vinger volgen met alleen de ogen?’ vraag ik en steek mijn wijsvinger uit. ‘Ik zie nu helemaal niets, mevrouw’, zegt mijnheer Jansen gepikeerd. ‘Weet u wel hoe fel dat lampje is waarmee u net in mijn ogen hebt zitten schijnen?’
Oja.

Gezichtsveldonderzoek. ‘Kunt u naar mijn neus blijven kijken en nu aanwijzen welke hand beweegt?’ Ik houd mijn armen links en rechts uitgespreid en wapper wat met mijn linkerhand.
‘Mooie ogen heeft u’, zegt mijnheer Jansen.
Ik stop met wapperen.

‘O, sorry, ik zal me concentreren. Eh, rechts. Rechts beweegt. Ik bedoel, dat is rechts voor mij dus. Wilt u dat ik zeg voor mij rechts of voor u? Want voor u is  het natuurlijk de andere kant. Dus eh… voor u is het dan dus… links en voor mij rechts. Ja. Toch?’

Daarom zei ik dus: aan-wij-zen. Na nieuwe instructies gebeuren er bij de meeste patiënten wonderlijk genoeg twee dingen: of ze gaan met hun ogen in de richting van mijn bewegende hand wijzen alsof ze plots een tetraparese hebben en alleen hun ogen nog kunnen bewegen, of ze gaan je spiegelen en steken ook hun beide armen uit om vervolgens met een van de twee fanatiek te gaan zwaaien. Mijnheer Jansen is van het enthousiaste type en doet gezellig mee alsof we samen Nederland in Beweging aan het oefenen zijn.
Gezichtsveldonderzoek: geen afwijkingen.

Als ik mijnheer heb gevraagd of hij zijn wenkbrauwen op wil trekken, zijn ogen wil dichtknijpen, zijn tanden wil laten zien – ‘het zijn niet mijn echte tanden hoor’ – en zijn tong wil uitsteken, zijn we klaar met de hersenzenuwen.

De motoriek is het moeilijkste. Niet het uitvoeren van het onderzoek, maar de instructies. Mijnheer Jansen is inmiddels met enige moeite op de bank gaan liggen. Hoeveel manieren zijn er om je knie naar je neus te trekken? Heel veel, blijkt. Mijnheer Jansen kijkt me nadenkend aan. ‘Knie naar de neus’, herhaalt hij langzaam. Ik tik op zijn rechterknie: ‘Deze knie, richting uw neus. U mag uw knie buigen. Ja. Nee, zonder uw armen te gebruiken. Ja. Nu ga ik eraan trekken.’ Ik zie mezelf staan, met twee handen trekkend aan de behaarde kuit van een zeventigjarig mannetje dat mij fronsend aankijkt: – ‘Ik kwam toch voor mijn hoofdpijn?’ – en bedenk me weer eens dat ik zes jaar geleden een bizarre studiekeuze heb gemaakt.

De tenen van mijnheer Jansen zijn eeltig en behaard. Bovendien is het buiten vijfentwintig graden en stijgt er een doordringende lucht op vanaf de bank richting mijn neusgaten. Ik probeer door mijn mond te ademen. ‘Wilt u met uw tenen tegen mijn hand aanduwen?’ vraag ik met tegenzin. Een vochtige warme huid duwt tegen mijn handpalm, huidschilfers vliegen door de lucht. Alcohol, heel veel alcohol, denk ik alleen maar.

De reflexen. Je moet met een boogje slaan, uit de pols, niet uit de elleboog, losjes, flexibel, dan doet ‘ie het altijd, zegt elke neuroloog. Mooie instructies, maar als ik losjes vanuit mijn pols sla, is er een grote kans dat ik niet de kniepees raak, maar ergens halverwege op mijnheer Jansens scheenbeen sla. Misschien moet ik mijn eigen coördinatie ook eens testen.

Het slaan van een kniepeesreflex is best leuk, maar het absolute hoogtepunt van het reflexenonderzoek, wat zeg ik, van het gehele neurologisch onderzoek, is natuurlijk de voetzoolreflex.
Het gootsteengeruis van een ileus, de ST-elevaties op een ECG of de plankharde buik van een peritonitis, allemaal leuk en aardig, maar voor het ultieme tadaa-gevoel in de geneeskunde ga ik voor de Babinski.
‘Ik ga even met een stokje onder uw voeten strijken’, zeg ik. Ik pak het wattenstokje, pak de voet vast en zet de punt van het stokje onder aan de voet. Met een vloeiende beweging strijk ik het stokje naar boven en ik kijk. Ik kijk naar de tenen, naar die belangrijke grote teen. Wat zou ‘ie doen?

En plots, als een vlaggenstok met wimpel op Koninginnedag, steekt mijnheer Jansen zijn grote teen op. Onmiskenbaar, daar is ‘ie. Een Babinski. Trots en fier staat de teen een seconde in de lucht, voordat hij langzaam weer ontspant.
‘Dat voelde ik goed, hoor zuster’, zegt mijnheer Jansen trots.
‘Gelukkig maar’, zeg ik.

‘Een Babinski?’ herhaalt de neuroloog als ik hem mijn verhaal vertel.
Ik knik gretig.
‘Hm.’ Hij pakt een schoon wattenstokje uit zijn jaszak en loopt ermee naar mijnheer Jansen. ‘Even onder uw voeten kietelen.’ In twee tellen ratst hij het stokje over mijnheer Jansens beide voetzolen. De tenen van beide voeten krullen zich prachtig naar beneden, alsof ze nooit anders gedaan hebben. De neuroloog trekt zijn wenkbrauwen op en kijkt me vragend aan.
Tadaa, en weg is mijn Babinski. Patients don’t play fair. Vooral die van de neurologie niet.


Mara Simons

  • Meer Hippocrates & Co

neurologie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.