Betekenisvol werk houdt artsen gezond

Artsen die minstens 20 procent van hun werktijd besteden aan de taak die zij het meest belangrijk vinden, lopen minder risico op een burn-out.

Dat blijkt uit de resultaten van een onderzoek van Tait Shanafelt c.s., gepubliceerd in Archives of Internal Medicine van 25 mei. Zij leggen hiermee een verband tussen career fit – de mate waarin iemand zich kan bezighouden met het aspect van werk dat hij als meest betekenisvol ziet – en het risico op een burn-out.

De onderzoekers enquêteerden 465 internisten van een groot academisch ziekenhuis in het Amerikaanse Rochester. Deze artsen werken gemiddeld 69 uur per week. Op de vraag wat zij het meest betekenisvolle aspect van hun werk vinden, antwoordt de meerderheid (68%) patiëntenzorg.

Van alle ondervraagde artsen voldoet 34 procent aan criteria van een burn-out. Onder artsen die minder dan 20 procent van de werktijd aan de voor hen belangrijkste activiteit spenderen, is dat percentage beduidend hoger: bijna 54 procent. Van de dokters die meer dan 20 procent van de tijd doen wat ze het waardevolst vinden, heeft bijna 30 procent een burn-out.

Pogingen om de career fit te optimaliseren, kunnen de arbeidstevredenheid van artsen vergroten en daardoor mogelijk het verzuim reduceren, aldus de onderzoekers.

Hoewel onduidelijk is wat de impact is van een burn-out op de patiëntenzorg – het is bijvoorbeeld onbekend of overspannen artsen die doorwerken meer fouten maken – moet dit syndroom toch worden voorkomen, schrijft Mark Linzer in een commentaar. Daarom moet de mate van career fit onder andere ter sprake worden gebracht in een jaargesprek. SK

Archives of Internal Medicine 2009; 169: 990-5 en 927-8