Laatste nieuws
arbeidsongeschiktheid

Eigen arbeidsongeschiktheidsregeling voor medisch specialisten drukt verzuim en kosten

1 reactie
Getty Images
Getty Images

Sinds vijf jaar werkt de Coöperatie Medisch Specialisten Rijnstate (CMSR) met een collectieve arbeidsongeschiktheids­regeling. Hiermee dragen de specialisten samen het risico van arbeidsongeschiktheid in het eerste jaar. Het verzuim is gedaald, evenals de kosten.

De Coöperatie Medisch Specialisten Rijnstate (CMSR) is een medisch-­specialistisch bedrijf in ziekenhuis Rijnstate. Ruim 300 medisch specialisten zijn lid van onze coöperatie, van wie 230 vrijgevestigd. Als CMSR zijn we medeverantwoordelijk voor de duurzame inzetbaarheid van onze medisch ­specialisten, zodat iedereen gezond en met plezier kan werken tot zijn of haar pensioen en het liefst ook daarna nog gezond en vitaal is.

Binnen onze coöperatie werken wij nu ruim vijf jaar met een arbeids­ongeschiktheidsregeling voor alle vrijgevestigde medisch specialisten. De regeling is verplicht voor alle vrijgevestigde leden met uitzondering van de leden die werkzaam zijn in een regiomaatschap.

Fonds

Het betreft een fonds waarmee de medisch specialisten samen het risico van arbeidsongeschiktheid in het eerste jaar dragen. De werkelijke kosten hiervan worden grotendeels betaald door de CMSR. De jaarlijkse kosten zijn gemiddeld 1777 euro per lid en bestaan uit de kosten voor inzet van de bedrijfsarts en voor waarneming. Daarnaast sluiten medisch specialisten van het Rijnstate individueel een arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov) af bij een reguliere verzekeraar. Dit doen zij met een eigen risico van één jaar. Hierdoor is de premie substantieel lager dan bij een gebruikelijke aov met een kort (of geen) eigen risico. Uitgaande van een medisch specialist van 37 jaar die fulltime werkt en zich tot zijn 68ste jaar wil verzekeren tegen een verze kerd bedrag per jaar van 160.000 euro, is het premievoordeel gemiddeld 6262 euro per jaar bij een eigen risico van een jaar in plaats van dertig dagen.

De jaarlijkse kosten zijn gemiddeld 1777 euro per lid

Net als in de oude situatie blijven de eerste dertig dagen van arbeidsongeschiktheid ten laste komen van de vakgroep. Hierna ontvangt de vakgroep tot de duur van 365 dagen een bijdrage uit het fonds waarvan een waarnemer kan worden ingezet en betaald. Deze bijdrage is berekend op basis van de kosten van een chef de clinique volgens de arbeidsvoorwaardenregeling voor medisch specialisten (AMS). Twee derde van deze kosten komt ten laste van de CMSR. De arbeids­ongeschikte specialist zal een derde van deze kosten bijdragen. De keuze voor een eigen bijdrage is gemaakt omdat er dan ook een ­prikkel is om te werken aan het herstel.

In het eerste jaar ontvangt de arbeidsongeschikte specialist zijn ­volledige vakgroepsaandeel. Dat is een belangrijk verschil met de oude situatie waarin hij dit niet kreeg en een waarnemer werd betaald uit dat vakgroepsaandeel. Als de medisch specialist na een jaar nog arbeidsongeschikt is, heeft hij in principe geen recht meer op het vakgroepsaandeel en valt hij terug op zijn aov.

Het fonds is in eerste instantie gestart vanuit kostenoverwegingen, het levert immers een lagere premie op. Bij de start is de CMSR uitgegaan van een businesscase met een break-even op ongeveer 4 procent ziekteverzuim. Over de laatste vier jaar hadden we een ziekteverzuim van gemiddeld 2,9 procent.

Afspraken

In de praktijk bevordert de regeling ook de inzetbaarheid van medisch specialisten. Dit wordt bereikt door een goede begeleiding vanaf de start van het verzuimtraject en door op tijd met alle ­betrokken partijen om tafel te gaan. De ziekmelding van de medisch specialist komt binnen bij de hr-adviseur van de CMSR. Na twintig dagen neemt de hr-adviseur contact op met de specialist en de vakgroep om die te informeren over de aov en de financiële afwikkeling. Zij ­krijgen een document waarin de rollen en taken beschreven staan van de betrokken partijen bij de verzuimbegeleiding: de medisch specialist, de vakgroep, een ­casemanager (een collega-specialist, aangesteld door de vakgroep), de ­bedrijfsarts en de hr-adviseur. In overleg met de casemanager formuleert de vakgroep een vraagstelling voor het eerste consult met de bedrijfsarts. Als er re-integratiemogelijkheden zijn, stellen de specialist en de casemanager een opbouwschema op, aan de hand van de adviezen van de bedrijfsarts.

Sinds de oprichting van het fonds is er sprake van een ­duidelijke ­leercurve

Duurt de arbeidsongeschiktheid voort, dan vindt na acht maanden een gesprek plaats tussen de medisch specialist, de casemanager, een CMSR-bestuurslid en de hr-adviseur. Dit om af te stemmen wat de verwachtingen zijn. Als het ernaar uitziet dat het eerste ziektejaar overschreden gaat worden, gaan vakgroep en medisch specialist om de tafel om afspraken te maken voor het tweede ziektejaar. Die gaan over het perspectief van de re-integratie, soort werkzaamheden, aantal inzetbare uren, en de financiën.

Als de specialist zijn inzetbaarheid nog aan het opbouwen is wordt vaak een coulanceperiode afgesproken. Wanneer duidelijk wordt dat arbeidsongeschiktheid (deels) structureel is, leidt dit meestal tot een aanpassing van het aantal inzetbare uren of in ernstige gevallen tot een ontbinding van de ledenovereenkomst. Bij volledig herstel is natuurlijk sprake van een volledige terugkeer.

Casus 1

Verschillende zienswijzen op inzetbaarheid

Een medisch specialist is zes maanden volledig arbeidsongeschikt en krijgt groen licht van de bedrijfsarts om te starten met re-integreren. Met de vakgroep worden afspraken gemaakt over de werkzaamheden. Na enkele weken is de medisch specialist voor een vijfde van de oorspronkelijke uren aan het werk en geeft aan weer voor 20 procent arbeids­geschikt te zijn. De vakgroep ziet dit anders. De specialist is inderdaad een vijfde van de oorspronkelijke uren aan het werk, maar ziet in deze uren nog maar een beperkt deel van het aantal patiënten en kan nog geen neventaken oppakken (opleider/bijwonen ­vak­­groeps­vergaderingen). Ook draait hij geen diensten. De ­overleg­momenten met alle betrokkenen (medisch specialist, ­case­manager/vakgroep ondersteund door de hr-adviseur) zorgen ervoor dat de verwachtingen meer op een lijn liggen waardoor ­werk­bare afspraken gemaakt kunnen worden voor alle betrokkenen.

Er is overeenstemming bereikt over de wijze waarop dit percentage berekend wordt en het arbeidsgeschiktheidspercentage is tijdelijk omlaag gebracht naar een lager percentage.

Privacy

In het begeleidingstraject zijn naast de bedrijfsarts ook directe ­collega’s en een hr-adviseur betrokken. Dit heeft gevolgen voor de privacy van de arbeidsongeschikte medisch specialist. In de leden­overeenkomst met de medisch specialist is opgenomen dat het lid zich conformeert aan de binnen de CMSR geldende verzuimprocedure en daarmee instemt met de begeleiding door een bedrijfsarts. Ook verleent het lid hiermee toestemming om gedurende het re-integratie­traject alle niet-medische informatie aan de CMSR te verstrekken die noodzakelijk is voor re-integratie en het kunnen bepalen van de mate van inzetbaarheid. De bedrijfsarts deelt dus geen medische gegevens. Het gesprek met de casemanager van de vakgroep gaat vooral over inzetbaarheid. Als het lid zich hier desondanks niet aan wil conformeren, komt de bijdrage voor de inzet van de waarnemer (120.000 euro) ook voor rekening van het lid, evenals de kosten van de bedrijfsarts.

Met de begeleiding in het eerste jaar onder­steunen we vakgroep en specialist zo goed mogelijk, er blijft echter altijd sprake van een ­zekere mate van spanning. Immers, de gezichtspunten en belangen van de specialist, vakgroep en (in het tweede jaar) de verzekeraar kunnen onderling verschillen. Bij langer uitblijven van herstel nemen deze verschillen toe.

Casus 2

Remmen en gas geven

Tijdens een skivakantie krijgt een medisch specialist een ernstig ongeval. Na enkele weken ziekenhuis en revalidatiecentrum moet verder herstel volgen. Vanuit de vakgroep was de eerste prioriteit het regelen van vervanging. Als blijkt dat terugkeer in de vakgroep mogelijk is, wordt een externe re-integratiecoach ingezet, gespecialiseerd in het ­ziektebeeld. Vanuit de vakgroep wordt een collega als ­case­manager betrokken, die samen met de coach en de arbeidsongeschikte collega een zorgvuldig stappenplan opstelt met focus op duurzame terugkeer. Er worden ­afspraken gemaakt over het prioriteren van opbouwwerkzaamheden. In de praktijk betekent dit soms ‘remmen’ en soms ‘gas geven’. Door het zorgvuldig en op tijd bespreken van verwachtingen en resultaten met alle betrokkenen, onder regie van de hr-adviseur van de CMSR, kunnen alle partijen samenwerken aan duurzame terugkeer. Twee jaar na het ongeval is dit intensieve traject succesvol afgesloten.

Verbeterpunten

Sinds de oprichting van het fonds is er sprake van een duidelijke ­leercurve. We begonnen curatief en zijn opgeschoven naar ook preventief handelen. De CMSR organiseert jaarlijks bijeenkomsten over duurzame inzetbaarheid, er kan gebruikgemaakt worden van intercollegiale coaching en er is een vitaliteitsprogramma. Dit alles met het oog op duurzame inzetbaarheid.

Er zijn zeker ook verbeterpunten en we leren van elke casus. De regeling is gericht op het eerste jaar van arbeidsongeschiktheid. In het tweede ziektejaar neemt de arbeidsongeschiktheidsverzekeraar de begeleiding over en wordt de bedrijfsarts van de CMSR niet meer ingezet. Hierdoor heeft zowel de vakgroep als de CMSR minder ­informatie tot zijn beschikking en is het lastiger de medisch specialist te ondersteunen in het verzuimtraject. We zijn met de verzekeraar in gesprek om te kijken hoe we de overgang naar het tweede jaar beter kunnen inrichten. Zo willen we onder andere de inzet van de ­bedrijfsarts CMSR ook in het tweede jaar door laten lopen. Daarnaast zou de arbeids­deskundige van de verzekeraar, mits de arbeids­ongeschikte medisch specialist daarin toestemt, aan kunnen schuiven bij het gesprek rond acht maanden, waarbij afspraken gemaakt worden over het tweede ziektejaar. Door goed in verbinding te ­blijven kunnen we een bijdrage leveren aan de duurzame ­inzetbaarheid van de aangesloten specialisten en daarmee inspelen op de behoefte van de vakgroepen. 

auteurs

Simone Hoogland, hr-adviseur CMSR

Anke Veeman, directeur CMSR

Eugenie Schipper-Reintjes, internist-nefroloog, voorzitter HR-kamer

dr. Marcel Hovens, internist-vasculair geneeskundige

contact

cmsrhr@rijnstate.nl

cc: redactie@medischcontact.nl

Lees ook:
arbeidsongeschiktheid
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.