Huisarts en zorgverzekeringswet

Een boekje dat de ins and outs  van de nieuwe Zorgverzekeringswet behandelt en dat vooral ingaat op vragen van huisartsen en vragen die zij van hun patiënten daarover kunnen verwachten, dat wil 79 vragen over de zorgverzekeringswet. Wat huisartsen moeten weten! zijn.

Het is misschien een beetje mosterd na de maaltijd: van een hele reeks vragen mag je toch gevoeglijk aannemen dat die reeds adequaat door alle huisartsen kunnen worden beantwoord, anders doemt inderdaad de puinhoop op die velen vrezen. Maar voor nieuwkomers in het veld of voor degenen die even niet hebben opgelet of tegen een probleem aanlopen waaraan ze nog niet hadden gedacht, kan deze uitgave zeker een uitkomst zijn. Het uitroepteken achter de titel staat er wel met recht: de huisarts moet het weten.

Het gaat dan om antwoorden op vragen als: Hoe moet ik aantonen wie mijn patiënten zijn? Mag ik voor al mijn patiënten het inschrijftarief in rekening brengen? Wat is Controle Op Verzekeringsrecht (COV) en waarvoor dient dit? En: blijven de passantentarieven gehandhaafd?

Na lezing zult u ook snel en deskundig een antwoord kunnen formuleren op vragen van patiënten als: Waar gaan al die premies en bijdragen eigenlijk heen? Wat betekent zorg ‘in natura’ en restitutie? En: Waarvoor ben ik verzekerd via de standaardverzekering? Maar waarschijnlijk waren ook die vragen al geen probleem meer. 

Toch is het een handig boekje, al was het maar omdat alle kennis bij elkaar staat en omdat de cruciale vraag: ‘Behoudt de huisarts zijn poortwachtersfunctie?’ geruststellend bevestigend wordt beantwoord.

In een bijlage is het Vogelaar-akkoord opgenomen, dat een beleidsagenda voor de huisartsenzorg en de bekostigingssytematiek voor de komende twee jaar omvat.

C.C. Beerepoot & J.C.B.M. Rensing, 79 vragen over de zorgverzekeringswet. Wat huisartsen moeten weten!, Bohn Stafleu van Loghum, ISBN 90 313 4748 5, 67 blz., 19,95 euro.