Vroeger waren co’s veel beter
Plaats een reactieIn mijn werk als huisarts heb ik vaak coassistenten naast me gehad. Wat opviel was, dat co’s die bijvoorbeeld in België studeerden over meer basiskennis beschikten dan studenten die in Nederland studeerden (MC 8/2009: 337).
Zelf ben ik een product van mijn geneeskundeopleiding in Duitsland in de jaren negentig. Zeker bij belangrijke basisvakken had je meestal een mondeling examen bij de prof. Dat duurde soms wel een uur en er werden relevante vragen gesteld (niet over procentjes dus).
Zo’n mondeling examen werd zo veel mogelijk toegesneden op het individu. Dat gebeurde om het examen interactief te maken en om de spanning wat uit de lucht te halen. Het gevolg was geslaagd of niet geslaagd. Om verder te komen, moest je uiteindelijk voor alle vakken slagen: een hele relevante stok achter de deur.
Wellicht zijn ook geneeskundestudenten heel gewone mensen, met hun momenten van zwakte. Momenten die ertoe leiden dat ze ervoor kiezen iets inspannends of moeizaams niet te doen omdat een stok achter de deur ontbreekt. Natuurlijk kan het belang van passie voor je vak nooit worden overschat.
Wanneer je echter zoiets belangrijks, maar ook abstracts, als passie als verbeterpunt gaat aangrijpen, begeef je je op glad ijs. Een doodordinaire stok achter de deur is dan veel makkelijker te definiëren, te realiseren en te controleren waarbij tegelijkertijd absoluut geen sprake hoeft te zijn van draconische strengheid of reactionaire onderwijsmethoden. Toen ik eenmaal doorhad dat ik toch echt wat aan het leren was, kwam zelfvertrouwen er als vanzelf bij en groeide de passie.
Merksplas (B), maart 2009
Jula-Louise Vladár, huisarts
- Er zijn nog geen reacties