Laatste nieuws
Uitspraak tuchtcollege

MC 08 - Slordige behandeling door slechte structuur

Plaats een reactie


Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (CTG) deed vijf jaar na een dramatisch verlopen postnatale periode uitspraak in een zaak tegen een kinderarts. In eerste instantie had het regionaal tuchtcollege de klacht ongegrond verklaard; het CTG oordeelde dat de aangevoerde grieven - ook afkomstig van een inspecteur die zelfstandig beroep kan instellen ongeacht of hij in eerste instantie partij is geweest - doel troffen; de kinderarts werd gewaarschuwd. Wat waren de feiten?

Klaagster beviel in september ‘95 van een tweeling, van wie het jongetje behalve prematuur ook dysmatuur was. Toch kon hij met zijn geboortegewicht van 1.230 gram drie dagen later worden overgeplaatst naar het ziekenhuis, waar de aangeklaagde kinderarts de zorg overnam. Daar verslechterde sluipenderwijs de toestand van de baby in enkele dagen. Het C-reactief proteïne (CRP, als diagnosticum vergelijkbaar met BSE, maar sneller) begon licht te stijgen, er trad een Hb-daling op, zijn buik werd boller en het bilirubinegehalte steeg fors. Een navelvenelijn werd als mogelijke infectiebron verwijderd, een nieuwe navellijn werd voor - uiteindelijk kortdurende - wisseltransfusie weer ingebracht. Het patiëntje werd vanwege respiratoire acidose geïntubeerd, en kreeg bicarbonaat; hij kreeg helaas convulsies, die medicamenteus werden bestreden. Na overplaatsing naar een neonatologische IC elders, bleek dat er sprake was van ernstige neurologische problematiek met therapieresistente convulsies; vanwege de slechte prognose is vervolgens besloten tot abstinerend beleid. Kort daarop overleed het kindje.

Het regionaal tuchtcollege oordeelde dat de kinderarts zorgvuldig had gehandeld, al waren retrospectief wel wat lacunes te benoemen. Het Centraal Tuchtcollege hechtte meer waarde aan de mening van de getuigendeskundigen en de ouders. Volgens het CTG was de behandeling van patiëntje te slordig geweest. Zo had in een mogelijk ontstoken navel geen navelkatheter mogen worden ingebracht, had patiëntje beter en deskundiger moeten worden bewaakt, had er meer laboratoriumonderzoek moeten worden verricht en liet bovendien de verslaglegging te wensen over.

Positief oordeelde het CTG over de voortvarendheid in kwaliteitsverbeterende zin waarmee de aangeklaagde kinderarts de reorganisatie van de kindergeneeskundige zorg had aangepakt: de lange termijn versus de retrospectieve momentopname.

Opmerkelijk is het nauwelijks verhulde verwijt van het CTG aan de politiek, de verzekeraars en het ziekenhuismanagement. Als er niet voldoende neonatale high-care capaciteit voorhanden is en dientengevolge kinderen snel moeten worden overgeplaatst naar lokale ziekenhuizen, moet er in ieder geval vanuit de gespecialiseerde centra voldoende controle op de lokale ziekenhuizen worden uitgeoefend. Maar ook dat vereist natuurlijk weer structuur en capaciteit.

 

 

 

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.