Laatste nieuws

Omgekeerde Bounty

Plaats een reactie
beeld: Thinkstock
beeld: Thinkstock

In 1992 vertrok ik naar Curaçao, om daar het niet-academische deel van mijn opleiding tot kinderarts te volgen. Al gauw leerde ik dat ‘opleiden’ op Curaçao een andere invulling kreeg dan ik in Nederland gewend was. Werkweken van 90 uur, een enorme patiënten-turnover, en vooral heel veel zelf doen. De supervisie werd creatief vormgegeven. In mijn eerste dienst belde de gynaecoloog om 1 uur ’s nachts dat hij een sectio ging doen bij een mevrouw, 28 weken zwanger van een tweeling. Geheel in de Hollandse traditie belde ik mijn baas, die mij geruststellend toesprak ‘Dat kun jij wel, Paul.’ Op mijn tegenwerping ‘Maar het zijn er wel twee!’ luidde zijn constructieve antwoord: ‘Neem maar een coassistent mee.’

En dus rukte ik uit met een co. Kindje één opvangen, tube erin, en naar de co die de baby balloneerde totdat ik nummer twee had gestabiliseerd en we naar de nicu konden.

Zo waren er meer momenten in de Curaçaose opleiding waarop ik me verbaasde over het gebrek aan supervisie. Mijn handvaardigheid in ingrepen en procedures nam echter wel sterk toe, en door de enorme aantallen patiënten leerde ik hoe ik behandeling kon afstemmen op de variatie in het ziektebeeld. Ook leerde ik het klimaat, de joviale natuur van de mensen, het carnaval, en het kunnen genieten van het moment waarderen.

Gelouterd keerde ik terug in de academische moederschoot voor mijn laatste opleidingsjaar. Die zomer was er een rotavirusepidemie, en liep het storm in de dienst met gedehydreerde kinderen. Dat had ik op Curaçao natuurlijk goed in de vingers gekregen. Zolang kinderen nog plasten en alert waren, zo had ik van mijn bazen daar geleerd, was diagnostiek niet nodig en gingen ze met ORS naar huis. Dat deed ik dus ook tijdens mijn eerste academische dienst: in een uur tijd had ik vier kinderen gezien en naar huis laten gaan. Tevreden belde ik mijn supervisor om haar het goede nieuws te vertellen. Ik kreeg de wind van voren: een kind kon in een academisch ziekenhuis toch niet zonder aanvullende diagnostiek naar huis?! Tandenknarsend deed ik bij volgende patiënten feceskweken, elektrolytenbepalingen en bloedgasanalyses. Omdat dat van de supervisor moest.

Wat is nu de ideale manier van supervisie? Hollands als het moet, Curaçaos als het kan, denk ik. Een soort omgekeerde Bounty: blank van buiten, met binnenin een donkere tropische verrassing.

Paul Brand, kinderarts

««Naar Baas en asssistent

  • Paul Brand

    Kinderarts Paul Brand is hoofd medisch opleidingsbeleid van de Isala Academie, programmaleider Professioneel functioneren medische staf Isala en hoogleraar klinisch onderwijs UMCG.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.