Laatste nieuws
Annemiek Manuel
5 minuten leestijd
Federatienieuws

Marktwerking: kan beste zorg leidend blijven?

Plaats een reactie

Campagne Artsen van Nu over verantwoordelijkheid

Het Nederlandse zorgstelsel verandert sterk van karakter. De beweging naar gereguleerde marktwerking is volop in gang. Welke invloed heeft dit op de zorg voor de patiënt? Kan goede zorg voortbestaan in een concurrerende omgeving? ‘Het is belangrijk dat we zelf de leiding nemen.’

Maar liefst 82 procent van het KNMG-ledenpanel antwoordde bevestigend op de stelling dat bij marktwerking de beste zorg voor de patiënt niet altijd meer het leidende principe zal zijn. Opvallend, vind Marjolein Bastiaanssen, bedrijfsarts bij Reaned en beleidsmedewerker bij NVAB.

‘Ik kan me wel voorstellen dat de reactie voortkomt uit angst voor onderhandelingen met partijen die zonder medische achtergrond, kwaliteit willen afwegen tegen prijs. Maar tegelijk denk ik: we hebben naast marktwerking toch ook onze richtlijnen voor professioneel handelen? Dat hoeft elkaar niet in de weg te zitten.’

Een vergelijkbare situatie ontstond vijftien jaar geleden voor bedrijfsartsen. Arbodiensten gingen als ondernemers de markt op met verzuimbegeleiding. ‘In de beginperiode waren de onderhandelingen inderdaad heel lastig. Werkgevers gingen uit van het prijskaartje. Zij zochten een goedkoop abonnement, arbodiensten wilden kwaliteit bieden.’

Zorgverzekeraars en medici

Ook Richard Paping, kno-arts in het Vlietland Ziekenhuis in Schiedam, vermoedt dat de reactie van de respondenten is gestoeld op de angst voor onderhandelingen met partijen zonder medische achtergrond. ‘Bij artsen staat de individuele patiënt voorop, bij veel zorgverzekeraars ontbreekt dit oog voor de menselijke maat. Ga dan maar eens onderhandelen. Het zou mooi zijn als er meer medici in de besturen van zorgverzekeraars zouden zitten. Daarmee ontstaat een betere balans.’

Toch vreest Richard Paping persoonlijk niet voor de effecten van marktwerking op de kwaliteit van de zorg. Hij voorziet wel een moeilijke beginperiode. Zo kan de noodzakelijke intensieve samenwerking tussen eerste en tweede lijn door concurrentie in gevaar komen. Maar: ‘Daar zijn we zelf bij. Artsen moeten en kunnen ervoor zorgen dat de beste zorg blijft gewaarborgd.’

Kostenbewustzijn
Hoe kunnen artsen zich wapenen tegen de door hen verwachte invloed van gereguleerde marktwerking?

‘Het succes zit hem allereerst in een goede samenwerking tussen dokters onderling en tussen de samenwerkingspartners, met het belang van de patiënt als uitgangspunt. Door een gebrekkige samenwerking kan er veel misgaan, ook waar het gaat om de beste zorg voor de patiënt. Dat we daarbij meer moeten gaan optreden als ondernemers en oog moeten houden voor het kostenaspect, is helemaal niet erg. Kostenbewustzijn hoeft goede zorg niet in de weg te zitten. Wel is het belangrijk dat we ons daarin niets laten opleggen, maar zelf de leiding nemen. Dat we als artsen onze eigen weg kiezen. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van elkaars best practices. Er is zo veel goeds ontwikkeld in de afgelopen jaren, dat moet je delen, dat kan óók in een concurrerende omgeving.’

Paping vervolgt: ‘Minstens zo belangrijk is het om onze medische verantwoordelijkheid te nemen en te behouden en verantwoording af te leggen. Concreter, door onze professionele richtlijnen te kennen, te volgen en afwijkingen daarvan te kunnen beargumenteren. Door duidelijk te communiceren wat we kunnen doen, wat we gaan doen en wat we hebben gedaan. Wij moeten vertrouwen creëren bij patiënten door hen goed te informeren en na te gaan of ze ons begrijpen. Maar hetzelfde geldt eigenlijk voor ons overleg met onderhandelingspartners en met de samenleving. Heldere informatie en goed beargumenteerde standpunten zijn cruciaal om de beste zorg voor de patiënt te waarborgen.’

Maatschappelijk debat
‘Het zal soms best moeite kosten om ons werk naar buiten toe meer zichtbaar te maken’, erkent Paping. ‘Niet op de laatste plaats omdat het heel moeilijk is om duidelijk te maken hoe goed je bent. Transparantie klinkt zo eenvoudig, maar kwaliteit is van heel veel factoren afhankelijk. Daarnaast hebben artsen zich teruggetrokken uit het openbaar debat, we zijn het niet meer gewend. Dat is jammer. Het zou ontzettend mooi zijn als we meer van ons laten horen en ook de maatschappelijke debatten weer aangaan. Dat vind ik een wezenlijk onderdeel van onze verantwoordelijkheid. Bovendien is het nodig om tegenwicht te geven aan alle negatieve berichten in de media over de onkunde van medici. Het vertrouwen in de beroepsgroep raakt beschadigd. Dat moeten we herwinnen, want natuurlijk zijn het ernstige zaken die in de media worden gemeld, maar er gebeurt veel meer goeds.’

Blijvend spanningsveld
Bastiaanssen herkent de negatieve beeldvorming die snel kan ontstaan. ‘Bedrijfsartsen hebben het hardnekkige imago zich te richten op de wensen van de werkgever. Dat is onzin. Wij zijn een onafhankelijke partij met eigen richtlijnen en adviezen, gericht op de gezondheid van medewerkers. Om dat beeld te herstellen is het belangrijk onze verantwoordelijkheden te nemen en vooral ook zichtbaar te maken. We moeten het gesprek aan durven gaan en transparant zijn over wat we doen.’

Bastiaanssen vervolgt: ‘Ook nu nog zijn er in onze sector knelpunten, zoals frequente aanbestedingen voor arbodienstverlening die leiden tot discontinuïteit van zorg. Maar ik ben een optimist. Ik zie ook positieve ontwikkelingen. Een steeds grotere groep bedrijven voert gezondheid van het personeel hoog in het vaandel en wil daarin investeren. Verzuimbegeleiding verbreedt zich steeds verder naar gezondheidsmanagement. Ook zorgverzekeraars richten zich meer op borging van kwaliteit.

Wel blijft er een spanningsveld tussen financiële aspecten en inhoudelijke zaken. Marktwerking maakt het allemaal niet gemakkelijker. Een grote zorg is dat de laatste jaren steeds minder sprake is van een vrije toegang tot de bedrijfsarts. Bedrijven werpen procedures op waardoor werknemers toestemming aan de casemanager of de werkgever moeten vragen om de bedrijfsarts te bezoeken. Je wordt steeds vaker geconfronteerd met keuzes waarbij heel lastige afwegingen moeten worden gemaakt.’

‘Maar’, vindt Bastiaanssen, ‘wie zijn professionele rug recht houdt, kan ver komen. Vergeet niet dat naast de prijs, ook zorgaspecten en kwaliteit deel uit maken van de onderhandelingen. Het wordt niet opgelegd, het is onderwerp van gesprek. En natuurlijk zullen conflicten daarbij onvermijdelijk zijn, maar door met elkaar door het proces heen te gaan kunnen we de zorg beter maken.

Annemiek Manuel

Federatienieuws KNMG zorgverzekeraars marktwerking in de zorg
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.