Laatste nieuws
Annalet Willems
2 minuten leestijd

De praktijk van de thuiszorg: Dood

Plaats een reactie

Een nieuwbouwhuis in een nieuwbouwbuurt. Alles zat erop en eraan: marmeren vloeren over de hele benedenverdieping, slaapkamer plus een aansluitende even grote badkamer met jaccuzi, en daarachter weer een privé-sauna. Een discokelder voor de kids, een modelspoorbaan met treintjes, die een hele kamer beslaat. Mooie, moderne meubels. Kortom, een zonnig, licht huis, zeer geschikt voor jonge mensen met kinderen en veel geld.
Zij waren allebei begin veertig en hadden twee opgroeiende tieners. Twee jaar geleden werd er bij hem slokdarm- en maagkanker geconstateerd en sinds kort ging het heel snel bergafwaarts. Daarom werden wij van de thuiszorg erbij gehaald, zodat er professionele zorg en daardoor minder belasting voor de huisgenoten zou zijn. De verzorging door het kruis, de huishoudelijke ondersteuning door ons.

Ze hadden een zaak waarin ze beiden onmisbaar waren. Dat betekende dat zíj nu onmisbaar was en om de haverklap weg moest, terwijl haar man stervende was.


Ik had de functie van spook. Ik liep op kousenvoeten fluisterend rond. Eigenlijk was ik er gewoon niet. De kinderen zweefden door het huis, evenals hun moeder. Daar waar ik kon, probeerde ik goed te doen. Maar hoe doe je goed als de wereld om je heen niet bestaat?


Ik was in huis samen met een familielid die niet alleen durfde te blijven met de stervende, dus ging ík bij de man zitten, wetende dat hij geen 24 uur meer te leven had.


Daar ben je dan: thuis in je mooie, nieuwe huis, tot in de puntjes gebouwd volgens jouw wensen en voorkeuren. Dan ga je dood en is er niemand die naast je zit en je hand vasthoudt.


Ik wel. Ik wist niks anders te doen dan die man aan te raken, omdat ik dacht dat dat het enige was wat nog iets te betekenen had.

Ooit in de opleiding vertelde een docent dat als iemand alleen sterft en jij bent er als verzorgende bij, je mag doen wat je  intuïtie je ingeeft. Bijvoorbeeld naast iemand gaan liggen, zodat hij niet alleen doodgaat. Ik ben dat nooit vergeten, maar ik wist niet of ik er goed aan deed. Ik was hier pas een week en had nog geen band met hem opgebouwd of me gehecht, zoals anders in mijn werk.


Niemand reageerde. Iedereen was op, leeg, aan het eind van zijn kunnen. En ik zat daar maar de handen van deze zieke man vast te houden, hopend dat hij zich niet alleen zou voelen.


Diezelfde avond is hij doodgegaan. Mevrouw zag af van verdere hulp, ‘ze had genoeg aan haar hoofd’.

Ik werk al jaren in de zorg. Ik hou van mijn werk, val vaak op mijn bek, maar ken ondertussen ook mijn kwaliteiten. Maar niemand heeft mij kunnen overtuigen van de bijdrage die ik heb kunnen leveren als professionele zorg. Voor het eerst sinds lange tijd wist ik niet of ik goed genoeg was en iets had kunnen toevoegen aan het bestaan van deze mensen.
Soms is het ook gewoon een takkebaan.

Dit is het eerste deel in een serie van vier.

  1. MC 30/31 Koeien
  2. MC 32/33 Kerstpakket

thuiszorg
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.