Laatste nieuws
2 minuten leestijd
Nieuws

Artsen verdeeld over alternatieve geneeswijzen

Plaats een reactie

Minder dan de helft van de artsen vindt dat de KNMG moet proberen een brug te slaan tussen alternatief en regulier werkende artsen. Maar een ongeveer even grote groep vindt dat ze dat juist níet moet doen.


Dat blijkt uit een ledenpeiling van de KNMG onder een representatieve steekproef van de achterban, waaraan 779 artsen meededen. De resultaten van het onderzoek werden vorige week gepresenteerd tijdens een door de federatie georganiseerde discussiebijeenkomst over alternatieve geneeswijzen (zie het

verslag in het Federatienieuws

). Ze zullen een rol spelen bij de discussie over een mogelijk nieuw KNMG-standpunt over alternatieve geneeswijzen.



Zo’n 90 procent van de respondenten vindt dat artsen te werk moeten gaan volgens evidence-based richtlijnen en dat hun handelen een wetenschappelijk fundament moet hebben. Ook vindt de overgrote meerderheid dat artsen hun patiënten altijd moeten wijzen op de effectiviteit van een aangeboden behandeling.


Minder eenstemmig oordelen zij over alternatieve geneeswijzen.



Zo vindt 46 procent dat artsen geen alternatieve geneeswijzen zouden moeten toepassen en meent 42 procent dat artsen die alternatieve geneeswijzen toepassen de beroepseer en de goede naam van artsen aantasten; iets minder artsen (38 respectievelijk 36%) zijn het niet met deze stellingen eens. Een krappe meerderheid (58%) vindt dat artsen zich goed moeten informeren over alternatieve geneeswijzen, zodat zij hun patiënten beter kunnen voorlichten. Specialisten zijn in het algemeen wat kritischer dan huisartsen.



Ook over de wenselijke opstelling van de KNMG zijn de meningen verdeeld. Zo vindt 43 procent het toepassen van alternatieve geneeswijzen in strijd met de gedragscode van de KNMG; 33 procent vindt van niet. Ook vindt 48 procent wél en 33 procent juist níet dat de KNMG strengere gedragsregels moet opstellen, die het voor alternatief werkende artsen moeilijker maken om hun praktijk voort te zetten. Voor- en tegenstanders van een ‘brugfunctie’ van de KNMG houden elkaar met 43 procent precies in evenwicht; 14 procent weet het niet.



KNMG-voorzitter Peter Holland is niet verbaasd over de resultaten, want ook ‘maatschappelijk’ zijn de groepen voor- en tegenstanders ongeveer even groot: ‘Van beide mogen we concessies verwachten: van de groep die zegt “absoluut niet”, maar ook van de groep voor wie “alles moet”.’ Holland verwacht niet dat een nieuw KNMG-standpunt erg zal afwijken van hetgeen al in 1994 werd vastgelegd: ‘Het reguliere is primair, het overige additioneel.’



Holland voorziet een discussie over het begrip ‘evidence-based’: ‘Ook in het veld van de integrative medicine wordt steeds meer belang gehecht aan evidence-based handelen. En als kan worden vastgesteld dat iets werkt, kan er geen bezwaar tegen zijn dat het wordt toegepast.’ De meeste KNMG-leden lijken hem te steunen: 73 procent wil méér onderzoek naar de werkzaamheid en effectiviteit van alternatieve geneeswijzen.


De resultaten van de ledenpeiling zijn in te zien op

www.medischcontact.nl

.  << JV



Resultaten onderzoek onder KNMG-leden

Nieuws KNMG alternatieve & complementaire zorg evidence based medicine
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.