Laatste nieuws
Ben Crul
9 minuten leestijd
neurologie

Een jaar voor jezelf

Plaats een reactie

Acht artsen vertellen over hun sabbatical

Het sabbatical is een in medische kring weinig ingezet instrument om creatief te blijven en burn-out te voorkomen. Onterecht, als je afgaat op de ervaringen van artsen die een dergelijke periode wel voor elkaar kregen.


Het sabbatical is nog weinig populair in Nederland. Dit in tegenstelling tot landen als Nieuw-Zeeland, Israël en de Verenigde Staten, waar een dergelijk verlof vaak al tot de standaardarbeidsvoorwaarden behoort.


Onder artsen is het sabbatical een zeldzaamheid. Een oproep van Medisch Contact aan ‘ervaringsdeskundigen’ om zich te melden, leverde na een week slechts acht reacties op: drie huisartsen, een hoogleraar neurologie, een sociaal-geneeskundige, een radiotherapeut, een Belgische anesthesist, en ten slotte meldde een kinderarts zich per e-mail vanuit Tibet.


Volgens arbeidsongeschiktheidsverzekeraar Movir is het aantal artsen dat jaarlijks voor een sabbatical een beroep doet op hun speciale ‘sluimerpakket’ letterlijk op één hand te tellen. De AO-verzekering wordt dan opgeschort tegen een gereduceerde premie. ‘Groei zit er zeker niet in’, aldus een woordvoerder van Movir, ‘en wij hebben ook geen plannen om het sabbatical te promoten als burn-outpreventie’.


De verhalen van onze acht collega’s logenstraffen echter deze door Movir gevolgde koers. Hun ‘verloopdatum’ bleek door het sabbatical fors te zijn verlengd. De radiotherapeut: ‘Vóór mijn sabbatical was ik al blij als ik in mijn vak de leeftijd van 55 zou halen. Nu, ik ben 53, ben ik van plan zeker langer door te gaan. Tot na mijn zestigste, waarom niet? Ik verwacht dat over vijf jaar het sabbatical - ook onder artsen - net zo gewoon is als nu het werken in deeltijd.

Beweegredenen


De leeftijd van de acht ‘verlofgangers’ varieert tussen de 40 en 60 jaar. Ze behoren allemaal tot de categorie ‘doeners’ en kwamen bijna allemaal om in het werk. Werk dat ze overigens wél leuk vonden en vinden.


De sociaal-geneeskundige: ‘Ik had eigenlijk drie banen, werkte van half negen ‘s ochtends tot elf uur ‘s avonds. Ik was niet uitgekeken op mijn werk, maar vroeg mij op een gegeven moment af waarom ik eigenlijk zo hard werkte.’ De neuroloog was behalve hoogleraar en hoofd van de afdeling ook nog hoofdredacteur van twee medische tijdschriften. Eén van de huisartsen had naast zijn praktijk gedurende anderhalf jaar een groot computerproject getrokken.


Ze hebben allen hun sabbatical op eigen kracht moeten regelen. Een rolmodel was bij niemand voorhanden. De voorbereidingstijd be-droeg vanaf het eerste idee meerdere jaren. Velen zagen het sabbatical als een cadeau en soms zelfs als een belofte aan zichzelf; het 25-jarig jubileum in de praktijk of een bepaalde leeftijd werd vaak als argument gehanteerd.


Een huisarts: ‘Ik kreeg van mijn dochter een accordeon als hint om er na 25 jaar praktijk eens wat langer tussenuit te gaan en al spelend in mijn levensonderhoud te voorzien. Ik verzon argumenten waarom ik dat per se niet zou kunnen doen. Maar die werden ontzenuwd. De angst dat de patiënten mij niet konden missen, bleek bijvoorbeeld volkomen onterecht. Die vonden het juist leuk. Als ik maar weer terugkwam.’


Ook de wens de eigen horizon te verruimen, zich persoonlijk te ontwikkelen, speelde bij iedereen mee. ‘Een reflectie op mijn leven, ruimte voor een spirituele dimensie, het loslaten van de noodzakelijkheid of de verwachting die samengaat met een bepaalde vastomlijnde toekomst,’ schreef de kinderarts uit Tibet.


Afstand nemen van de dagelijkse routine, uit de tredmolen stappen, is haast synoniem aan een sabbatical. Dat afstand nemen moet letterlijk worden genomen. De hoogleraar neurologie, die zelfs twee sabbaticals nam met een tussenpoos van acht jaar: ‘Mijn tweede sabbatical ben ik thuisgebleven. Dat beviel minder. Ik kwam af en toe in het ziekenhuis. Om de managers te ontlopen had ik mijn baard laten staan, zelfs zo lang dat mensen in de tram eerbiedig voor mij opstonden. Het hielp allemaal niets, ik werd toch gestoord. Je moet dus gewoon weggaan. Thuis blijven werkt minder louterend.’


Hier en daar had men tijdig ‘metaalmoeheid’ bij zichzelf geconstateerd en men wilde het afglijden, zoals vaak waargenomen bij collega’s, voor zijn. Ook pure nieuwsgierigheid naar het eigen gedrag speelde een belangrijke rol: Hoe zou het zijn om ineens geen volle agenda en spreekuren meer te hebben? Kan ik daar wel tegen? 


Een huisarts kwam door een artikel in Medisch Contact als waarnemer in Australië terecht. Het verhaal had een gevoel van ‘wat anders te willen doen’ bij hem wakker gemaakt. Ver weg. Hij was nog nooit in Australië geweest.


Heel wat sluimerende jongens- en meisjesdromen blijken een uitweg te vinden in het sabbatical.  

 

Acceptatie


De reacties van collega’s en andere medewerkers op hun plannen waren doorgaans enthousiast: ‘Dat zouden we allemaal moeten doen’, ‘Waarom niet’, ‘Een verrassend idee’, ‘Een moedige stap’. Als het voor de achterblijvers maar goed geregeld was en zij er weinig hinder van ondervonden.


Voor waarneming behoort de arts zelf te zorgen, maar meedenken willen de anderen doorgaans wel.


De afdelingshoofden en het management reageerden vaak minder positief. De kinderarts hierover: ‘Zeer terughoudend, met subtiele opmerkingen over carrièrebreuk en het afmaken van een promotie als belangrijkste prioriteit.’ Twee specialisten namen gewoon ontslag. Zelfs hun verzoek tot onbetaald verlof werd niet gehonoreerd. Bij een van hen werd het zelfs - per brief - bestempeld als ‘oneerlijk ten opzicht van de


collega’s’, hetgeen voor haar de deur dichtdeed.


Hoe dichter de activiteiten tijdens het sabbatical bij het vakgebied liggen, des te gemakkelijker het is om goedkeuring  en medewerking van de collega’s of directie te krijgen. De Belgische anesthesist: ‘Ik wilde binnen mijn beroep blijven en heb mij in Engeland bekwaamd in de chronische pijnbestrijding en palliatieve zorg. De maatschap zou iemand terugkrijgen die iets had bijgeleerd. Daar hadden zíj ook nog wat aan.’ En de hoogleraar neurologie: ‘Een reis om de wereld alleen is iets te frivool voor mij. Ik zou me dan een spijbelaar voelen.’


Een lange aanloop en aantoonbare inzet zijn belangrijk: ‘Drie jaar voor vertrek zal een collega nog wel zeggen je spreekuur te willen overnemen, maar als je het drie maanden tevoren vraagt, is het enthousiasme minder groot. Je moet de indruk wekken dat je het hebt verdiend. Als je altijd al voor congressen weg bent, staat men beslist niet te trappelen’, denkt de hoogleraar neurologie.


 


Moed


Tot vlak van tevoren waren er twijfels. Het bleef immers een sprong in het diepe. Soms had men de schepen al achter zich verbrand door al dan niet gedwongen ontslag te nemen. ‘Het aantal openstaande vacatures voor artsen maakte die stap wel minder groot’, gaf een specialist ruiterlijk toe.


Toch vergt het moed om door te gaan. Een belangrijke voorwaarde is dat men op het moment suprême nog voldoende energie heeft. ‘Je moet het niet te laat doen’, zegt een huisarts. ‘Als vaccinatie en vroege interventie tegen burn-out helpt een sabbatical wel, maar als therapeuticum beslist niet.’ 


Twee andere huisartsen hadden met opzet hun voornemen rondgebazuind. Een van hen: ‘Na een jaar sudderen heb ik de knoop doorgehakt en rondverteld wat ik zou gaan doen. Vooral om mijzelf te dwingen niet meer terug te krabbelen. Er blijken namelijk altijd genoeg argumenten over om toch níet te gaan. Mocht je die zelf zijn vergeten, dan dragen anderen ze wel aan. Je moet bijvoorbeeld voor langere tijd afscheid nemen van een heleboel dierbaren.’

Tijdsbesteding


De variatie in hoe de sabbaticalperiode werd besteed, was groot.


Eén huisarts nam waar in Afrika. Een ander in Australië, waar hij als huisarts van boven de vijftig weer in de boeken dook, infuusbeleid afsprak, zeldzame diagnoses stelde met beperkte middelen, patiënten stabiliseerde voor de Flying Doctors en een eigen ziekenhuisje - het grote ligt op 500 kilometer afstand - runde. De kick van vroeger kwam weer helemaal terug. ‘Hartstikke leuk. Uitdagend en spannend. Na mijn pensionering ga ik weer.’


De Belgische anesthesist kon zich, juist omdat hij niet verdiende en geen verplichtingen had, in Engeland optimaal concentreren op het vergaren van kennis: ‘Ik kreeg weer meer zelfvertrouwen.’ De kinderarts deed vrijwilligerswerk in een kinderkliniek in Nepal, reisde door de meest afgelegen streken en maakte uitvoerig kennis met traditionele geneeswijzen. De sociaal-geneeskundige speelde in de afkickfase van zijn drie banen voor bouwvakker en autorestaurateur en stapte daarna in zijn eentje op de fiets naar Spanje. ‘Heerlijk: honderd kilometer per dag, wat er gebeurde, gebeurde.’ Als spiritueel toetje ging hij naar een klooster - op Trinidad.


De radiotherapeut deed halftime niet-patiëntgebonden activiteiten binnen haar vakgebied. Ze schreef twee artikelen: ‘Ik kon mij weer verdiepen in wat anders, verrukkelijk!’ en studeerde kunstgeschiedenis: ‘Net zoals in de gezondheidszorg trekt bij kunstgeschiedenis het hele menszijn met al zijn emoties aan je voorbij. Maar verschillend. Het verruimt je blikveld.’


Een van de  huisartsen reisde alleen door Turkije en zocht onder meer geremigreerde families op: ‘Door mijn ervaringen in Turkije heb ik de moeheid die sommige collega’s ervaren ten opzichte van allochtonen helemaal niet.’


De hoogleraar neurologie: ‘Het was heerlijk om eens zes maanden op de achterste rij te zitten en te kijken hoe anderen het doen. Als je over de grens gaat, zie je ook dat het altijd nog veel erger kan. Ik nam mij voor om bij terugkomst voorlopig niet meer te klagen. Een onverwachte bonus bleek het oppoetsen van mijn imago als vader te zijn. Ik was weer eens op tijd thuis, deed weer mee aan de familie-uitjes.’

 

Waarnemen in Afrika betekent werken met beperkte middelen

Rondreizen in Turkije leidde tot een beter begrip voor allochtonen

Spiritueel bijkomen op Trinidad


Louterend


Zonder uitzondering beschrijft iedereen het louterende effect van het sabbatical. De veranderingen bij terugkomst zitten niet zozeer in het op zijn kop zetten van de werkplek, maar  vooral in de persoonlijke veranderingen. Een andere kijk op het werk en het leven. Je bewaakt de eigen grenzen beter, voelt je niet meer overal verantwoordelijk voor. ‘De enige echte ontdekkingsreis bestaat niet uit het zoeken van nieuwe landen, maar in het krijgen van nieuwe ogen’, zo haalde iemand Marcel Proust aan. Je bent vaak milder geworden, relativerender. Al zit je binnen een week vaak al weer in de tredmolen, je kunt het beter aan.


De anesthesist, optimistisch: ‘De sleur komt nooit meer terug. Je bekijkt je praktijk met heel andere ogen. Een vlakke curve, de horizon waarlangs je vanaf je afstuderen als niet buitengewoon getalenteerde loopt, heeft in één keer meer richting gekregen. Het werk is leuker geworden. Ikzelf ben deskundiger geworden en zie anderzijds waar mijn beperkingen liggen en wat ik beter niet kan doen.’ 


‘Ik ben een stuk rustiger geworden. Dat zat er misschien al wel in, maar het kreeg nooit de kans om eruit te komen’, omschreef de sociaal-geneeskundige zijn loutering.


Het sabbatical blijkt soms ook een goede proeftuin voor de invulling van de toekomst. Een huisarts: ‘Ik genoot weer van de structuur in mijn huisartsenwerk. Na drie maanden was ik toch genoeg gaan krijgen van het lummelen. Dat past niet bij mij; ik raakte de pit kwijt. Ik stop dus niet te vroeg, dat weet ik nu. Hard werken past gewoon bij mij.’

Aanraders


De acht artsen zijn unaniem positief in hun eindoordeel: ‘Serieus over nadenken en doen. Het is ontzettend de moeite waarde geweest.’ ‘Achteraf gezien had ik het veel eerder moeten doen, het heeft mij zoveel gegeven.’ ‘Je komt er verfrist uit terug.’ ‘Ik zou het om de tien jaar willen doen.’ ‘Mijn allerbeste investering, een absolute aanrader.’  


Over de lengte van het sabbatical is men het redelijk eens. Langer dan een jaar acht niemand verstandig, omdat het terugkomen dan wel erg moeilijk wordt. Bijna iedereen adviseert structuur in te bouwen, tevoren vaste afspraken te maken en je daar ook aan te houden. Een ‘slecht-weerscenario’ inbouwen lijkt verstandig omdat privé-omstandigheden - zoals twee artsen moesten ervaren - de plannen danig kunnen verstoren.


De voorbereidingstijd moet voldoende lang zijn om allerlei triviale zaken als verzekeringen, pensioen, abonnementen, waarneming, woonruimte en inkomen te regelen. Wat dat laatste betreft: de een neemt zijn spaargeld op en zegt dat later wel weer terug te verdienen, de ander heeft een partner met eigen inkomen, weer een ander behoudt vanuit ziekenhuis of maatschap (gedeeltelijk) het inkomen. De huisarts die naar Australië ging, moest daar echter verdienen om zijn waarnemer hier te kunnen bekostigen. 


‘Doe het in een fase dat je nog energie genoeg hebt. Doe het dus niet te laat, want het moet een positieve keuze zijn, dan pik je het meest op,’ aldus een huisarts. En de sociaal-geneeskundige: ‘Kies een omschreven doel, waarin je denkt de meeste rust te vinden. Dat is heel persoonlijk en dus voor iedereen anders.’ 


De hoogleraar/hoofdredacteur waarschuwt voor de valkuil dat je te veel tijd gaat weggeven: ‘Je zegt veel sneller “ja” als men je vraagt een artikel te schrijven of een lezing te houden. Je kunt je niet meer verschuilen achter ‘druk, druk’ en voor je het weet zit je weer helemaal vol.’

Voorzichtig


Heel aarzelend neemt het aantal maatschappen en vakgroepen toe waarin men onderling een structurele afspraak maakt om er eens in de vijf à zes jaar enkele maanden uit te kunnen. Bij artsen in dienstverband zit het sabbatical nog nauwelijks in de secundaire arbeidsvoorwaarden; zeker met de huidige krapte op de arbeidsmarkt lijkt een afspraak daarover bij aanvang van het dienstverband echter kansrijk. Binnen huisartsengroepen gedoogt men het sabbatical, mits een waarnemer voorhanden is. Hier zouden haio’s in het laatste halfjaar van hun huisartsenopleiding - extra betaald en met een mentor - soelaas kunnen bieden.


‘Nu komen veel artsen schuifelend naar mij toe en mompelen dat zij het ook zo dolgraag zouden willen doen, maar ja’, zo verwoordt de radiotherapeut de voorzichtige omslag.


Vooralsnog moet de arts die een sabbatical wenst te nemen vooral doorzettingsvermogen hebben. De beloning is echter groot.


Met dank aan: Adriaan Timmers, huisarts (Noordwijk); Ines von Rosenstiel, kinderarts (Tibet); Jan van Gijn, neuroloog (Utrecht); Erik van der Meer, sociaal-geneeskundige (Naaldwijk); Jan Willem Holthuis, huisarts (Deventer); Johan De Smet, anesthesist (Leuven); Tonny Snijders, radiotherapeut (Rotterdam); en Jaap van Wayenburg, huisarts (Sneek).  

neurologie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.