Barbara Starfield

Ik ben het volledig eens met Barbara Starfield (MC 5/2005: 186) dat een sterke eerstelijnszorg van eminent belang is en een allereerste voorwaarde voor een goede, voor iedereen bereikbare gezondheidszorg. Tweedelijnszorg is complementair. Huisartsen hebben een veel betere kijk op de mogelijk-heden en de onmogelijkheden van de tweedelijnszorg dan de patiënt zelf. Daarom is het ook zo’n onzinnig modieus streven om marktwerking in de gezondheidszorg in te willen voeren. De patiënt kan die markt onmogelijk verkennen. Ranglijstjes van zieken-huizen op basis van prestatie--indicatoren bevorderen alleen maar de schijn dat er iets te kiezen valt, want zij zeggen niets van de kennis en kundigheid van individuele specialisten in die ziekenhuizen. Toegewijde, kundige, hardwerkende medische specialisten ondervinden van dergelijke onzinnige lijstjes alleen maar de zoveelste demotiverende prikkel.

Daarom, dames en heren politici en beleidsmakers, roep ik u op uw gezonde boerenverstand te gebruiken en goed te luisteren naar kundige en betrokken onderzoekers als mevrouw Starfield. Laat u niet vangen in de mode-optocht van de papegaaien die elkaar allemaal nakraaien dat marktwerking zo goed zou zijn, terwijl dat nergens is bewezen. Niet op de manier waarop Starfield heeft bewezen dat verwaarlozing van de eerstelijnszorg duur en gevaarlijk is. Geef zeker niet de regie van de gezondheidszorg aan de Zorgverzekeraars, want die geven talloze miljoenen uit aan idiote advertenties om elkaar in de vrije markt te beconcurreren; allemaal weggegooid geld. Neen, u moet de regie geven aan de algemeenste specialisten die er zijn en dat zijn de huisartsen. En zo geformuleerd komt dit welgemeende advies uit een onverdachte hoek, aangezien ik zelf niet tot deze groep behoor.

Ik vrees overigens dat er maar weinig politici zijn die de moed hebben de aanstormende trein van veranderingen in het zorgstelsel alsnog een halt toe te roepen. Ik vrees dat de wal het schip te zijner tijd zal moeten keren, dat wil zeggen wanneer velen de schadelijke effecten van deze stelselwijziging ondervinden.

Den Haag, maart 2005

dr. C.M.A. Bruijninckx, chirurg