Orde: Besluit Algemene Ledenvergadering

De Algemene Ledenvergadering heeft op 29 november 2007 W.G.J.M. van der Ham gekozen tot nieuwe voorzitter van de Orde. Van der Ham is als anesthesioloog werkzaam in het Catharina Ziekenhuis te Eindhoven en is daar voorzitter van het Convent van vrijeberoepsbeoefenaren. Van der Ham was van 1988 tot 1994 voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Anesthesiologie en was één van de initiators van de Orde van Medisch Specialisten. Van der Ham volgt op 1 januari 2008 prof. dr. P.A.M. Vierhout op. 

Nadat Van der Ham was gekozen tot algemeen voorzitter, sprak hij een paar woorden tot het bestuur. Van der Ham: ‘Door mijn columns in Mednet heb ik kennelijk de indruk gewekt dat ik tegen marktwerking ben. Maar ik begrijp best en ik accepteer ook dat een vorm van marktwerking een positieve invloed op de gezondheidszorg kan hebben. Maar onder meer door de specifieke eigenschappen van de gezondheidszorg bestaat het risico dat marktwerking meer schade toebrengt dan goed doet.

De marktwerking zal veel vragen van hoe wij tegen dingen aankijken. ZBC’s zorgen ervoor dat ziekenhuizen nog meer dan voorheen op de kosten zullen moeten letten. Bepaalde delen van de zorg zullen verder centraliseren. En daar staat een prijs tegenover. Dat pleit ook voor het loslaten van het normatief uurtarief: medisch specialisten moeten zelf hun eigen prijs kunnen bepalen’.

‘Het idee van de DBC’s heeft op zich mijn volledige instemming maar de manier waarop het wordt ingevoerd kent de nodige zwaktes’, aldus Van der Ham.  n

NVVA:Verpleeghuisarts bij de mensen thuis kan veel narigheid voorkomen

Als ‘algemeen geriaters’ - bekend als verpleeghuisartsen en sociaal geriaters - in een eerder stadium bij de zorg aan ouderen en chronisch zieken met complexe gezondheidsproblemen en dementie worden betrokken, kan eerder de juiste zorg worden geboden. Dit kan veel narigheid voorkomen, zoals onnodige ziekenhuisopnames en het combineren van te veel verschillende soorten medicatie.

De ‘algemeen geriater’ beschikt over specialistische kennis van het verouderingsproces, waarmee optimale medische zorg en begeleiding kan worden geboden.

De verpleeghuisartsen en sociaal geriaters hebben tijdens de ledenvergadering van 30 november ingestemd met een beleidsplan voor de toekomst waarin is vastgelegd dat ze de specialistische zorg die kwetsbare ouderen en chronisch zieken nodig hebben, overal waar zij wonen of verblijven willen bieden. Hierdoor ontvangen kwetsbare ouderen specialistische gezondheidsondersteuning en kunnen ze in veel gevallen langer thuis blijven wonen.

Als gevolg van de vergrijzing zal het aantal zeer kwetsbare ouderen in de toekomst toenemen met 50 procent en in 2020 oplopen tot een half miljoen. Bovendien is gebleken dat ouderen in toenemende mate langer thuis blijven wonen. Daarom is het van belang dat de specialistische geriatrische zorg die deze groep patiënten nodig heeft, ook buiten de deuren van het verpleeghuis zal worden geboden. Dit kan thuis, in het verpleeghuis, het verzorgingshuis of in het ziekenhuis.

Algemeen geriaters beschikken over kennis en ervaring om de kwaliteit van leven van deze kwetsbare ouderen te verbeteren en hun zelfstandigheid zo lang mogelijk in stand te houden. Zij zijn opgeleid om meerdere aandoeningen - die zich bij ouderen vaak tegelijkertijd voordoen en invloed op elkaar hebben - te inventariseren, te behandelen en de juiste zorg voor te schrijven. Zo worden veel ouderen die een hersenbloeding hebben gehad of zijn gevallen, onder leiding van een verpleeghuisarts gerevalideerd zodat ze daarna weer naar huis kunnen terugkeren. 

Veel ouderen in verzorgingshuizen hebben dezelfde gezondheidsproblemen als ouderen die in het verpleeghuis zijn opgenomen. Helaas kunnen verzorgingshuisbewoners nog niet altijd kiezen voor een consult van een algemeen geriater. De NVVA wil dat ook deze ouderen hiervoor kunnen kiezen en zal daartoe een voorlichtingscampagne starten, om patiënten en familieleden beter op de hoogte te brengen van de mogelijkheden van de algemene geriatrie. Patiënten moeten immers zelf kunnen kiezen of ze behoefte hebben aan een consult van de ‘algemeen geriater’.

Voor goede en gecoördineerde ouderenzorg is verdere samenwerking met ziekenhuizen en huisartsen noodzakelijk. In het land zijn hiervan succesvolle voorbeelden, zoals samenwerkingsverbanden met de huisarts, ouderenpoli’s in ziekenhuizen en ambulante medische consulten. De patiënt is erbij gebaat wanneer de verschillende hulpverleners zoveel mogelijk samenwerken en de zorg goed op elkaar afstemmen en overdragen. De komende jaren zal deze samenwerking daarom worden uitgebreid en verbeterd.