Laatste nieuws
Henk Maassen
Henk Maassen
3 minuten leestijd

De lokale helden van de artsenverenigingen

Plaats een reactie

Zijn KNMG-leden verplicht contributie te betalen voor hun lidmaatschap van de districten of is deze bijdrage vrijwillig? Hoe belangrijk vindt de federatie die districten eigenlijk?


In een open brief  luiden de KNMG-districten deze week de noodklok (zie:

www.medischcontact.nl/dezeweek

): een facultatief lidmaatschap van de districten is uit den boze. Het zou minder geld in het laatje brengen, juist nu ze dat in statu nascendi hard nodig hebben. De districten willen hun leden meer bieden dan divertissement. Het voorstel om de bijdrage vrijwillig te maken komt uit de koker van het federatiebestuur. Op 24 juni neemt de Algemene Vergadering daarover een besluit. Ook wordt dan het beleidsplan over de toekomst van de KNMG-districten besproken.


Twaalf districten hebben inmiddels officieel verzocht om tijdens de Algemene Vergadering het beleidsplan en de contributiekwestie los van elkaar te behandelen. Ze vrezen anders koppelverkoop: wie ja zegt tegen het beleidsplan - wat waarschijnlijk op brede steun kan rekenen - zegt ook ja tegen vrijwillige contributie.


Paul Rijksen, directeur KNMG, denkt dat het zo’n vaart niet zal lopen: ‘De contributie is de facto nu ook niet verplicht; er komt geen deurwaarder langs als je niet betaalt. De districten moeten elkaar motiveren. Met een verplichte contributie dwing je dat niet af. Bovendien hebben de districten een startsubsidie gehad. Natuurlijk moeten het geen gezelligheidsverenigingen worden met een jaarlijks fietstochtje op Hemelvaartsdag.’

Verborgen boodschap


Eén van de ondertekenaars van de open brief, de Leidse neuroloog P. Briët, zegt dat het in essentie ook helemaal niet over geld gaat. ‘Het gaat ons om de verborgen boodschap van het voorstel. Door de bijdrage facultatief te maken zegt het federatiebestuur impliciet dat districten een vrijblijvend karakter hebben en dat ze dus niet belangrijk zijn. Terwijl ze een goed vehikel kunnen zijn om collega’s binnen een district te leren kennen en beroepsoverstijgende kwesties te bespreken. Bovendien is het jammer om iets wat net tot bloei begint te komen in de kiem te smoren. Maar je kunt de financiering ook anders oplossen: we zouden de rekening van onze activiteiten rechtstreeks naar Utrecht kunnen sturen.’


Sommige districten organiseren inmiddels met enige regelmaat avonden over beroepsoverstijgende vraagstukken. Briët: ‘Recent hebben we een ontmoeting gearrangeerd tussen medisch specialisten en bedrijfsgeneeskundigen en op onze jaarvergadering hebben GGD-artsen uitleg gegeven over rampenbestrijding en SARS.’


Andere wapenfeiten: in Drenthe en Noordoost-Brabant was medische zorg aan asielzoekers een issue; in het district Amsterdam bestaat een continue dialoog met de gemeente over verschillende onderwerpen: van parkeerproblemen van artsen tot psychiatrische problematiek van zwervers. District Utrecht organiseerde een workshop ‘Plezier in je werk’, waar veel belangstelling voor was. Maar in het algemeen komt tijdens de meeste avonden slechts ‘een handjevol mensen’ opdagen, zo moeten de meeste districten constateren.


Briët: ‘Het blijft liefdewerk oud papier. Is er centraal onvoldoende belangstelling en ondersteuning, dan zijn wij geneigd te zeggen “wij kunnen onze tijd ook anders besteden”.’

Ophef


Mariëlle A-Tjak, voorzitter van de NVAB, snapt de ophef niet goed. ‘Waar gaat het nu helemaal over? De overgrote meerderheid van de leden betaalt contributie voor de districten en zal dat ook blijven doen. Het FB heeft ook nooit gezegd dat het de districten niet belangrijk vindt.’


Een deel van haar achterban is overigens van oordeel dat de bijdrage niet vrijwillig moet zijn en heeft dat onlangs in een motie vastgelegd. Die motie is aangenomen. Moet A-Tjak nu afstand nemen van het unanieme FB-standpunt? ‘Dat weet ik niet. De vigerende mening van het FB is nog steeds: de bijdrage wordt facultatief.’


Ook LAD-voorzitter Evert Bais is geen tegenstander van districten. Maar ook geen voorstander want: ‘Ze zijn voor ons niet van belang. Wij behartigen de belangen van onze leden via centraal overleg. We willen onze leden daarom niet verplichten contributie af te dragen. In het verleden kregen de KNMG-afdelingen ook financiële ondersteuning, maar dat heeft op zijn zachtst gezegd niet geleid tot grote bloei. Zonder districten kan de federatie naar ons idee heel goed functioneren.’

Koepeltje


Ooit was de verwachting dat er kleine, regionale ‘federaties’ zouden ontstaan, waarbij het KNMG-district als koepeltje functioneert voor de districten (voor zover bestaand) van de aangesloten


verenigingen. Briët daarover: ‘Van die kleine federaties komt niets terecht. De DHV is hier heel actief, het District op Orde (de regionale onderverdeling van de Orde) niet, maar hun insteek en doelstelling zijn totaal anders dan die van


het KNMG-district. Wij nemen in ons districtsbestuur vertegenwoordigers op van de diverse beroepsgroepen en bevorderen zo de onderlinge contacten. Dat kan ook heel goed werken.’ 

doc egger.203-03.doc  open brief KNMG-districten

KNMG
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is sinds 1999 journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg. Hij stelt wekelijks de Media & Cultuur-pagina’s samen.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.